Achterblijvende nieuwbouw, extreem lage hypotheekrente en goedbedoelde fiscale handreikingen naar starters pakken desastreus uit: de huizenprijzen blijven hard stijgen.
Met de grootste stijging sinds september 2000 en een scherpe toename van ’miljoenenwoningen’ raakt de starter verder achterop. En een daling wordt niet voorzien. „Door de lage hypotheekrente grijpt wie dat kan nu zijn kans.”
De woningnood, met zijn exploderende prijzen, massale bezichtigingen, overbiedingen en gebrek aan beslistijd, bereikt opnieuw een piek. In augustus waren koopwoningen liefst 18% duurder dan een jaar eerder, zo meldde het CBS dinsdag. Daarmee is het de scherpste stijging sinds september 2000.
Vooral starters hebben het nakijken. Peter Boelhouwer, als hoogleraar woningbouwbeleid verbonden aan de TU Delft, ziet een groeiende kloof tussen starters en woningbezitters. „Doorstromers kunnen met de overwaarde van hun woning steeds duurdere huizen kopen. Dat is een van de redenen waarom de prijzen blijven oplopen.”
Huren
Beginners op de woningmarkt, die geen overwaarde kunnen inzetten, raken juist steeds verder achterop. „Die moeten dan blijven huren, en dat kost tegenwoordig ook veel geld”, aldus Boelhouwer.
De prijzen zijn niet meer zo hard gestegen sinds september 2000. Toen werden de koopwoningen 16,3 procent duurder dan het jaar daarvoor. Boelhouwer kan het zich nog als de dag van gisteren herinneren. „De prijzen stegen in die periode heel hard, maar in de jaren daarna daalden de prijzen geleidelijk. Zeker toen in 2008 de financiële crisis aanbrak, maakten de huizenprijzen een duikvlucht.”
De huidige situatie is volgens hem enigszins vergelijkbaar met die tijd. „Ook toen was er een flink vertrouwen in de economie en waren er flinke spaartegoeden. We weten alleen niet wanneer het tij zal keren.”