De minister zet de sterke keten eigenhandig op het spel. Zelfs met de grootste creativiteit en inventiviteit wordt een redelijk rendement maken op gebiedsontwikkeling nagenoeg onmogelijk, blogt Pieter Hendrikse.
De Nederlandse traditie van ruimtelijke ordening wordt internationaal geprezen. Decennialang excelleerden we in puzzelen in beperkte ruimte, in zorgvuldig belangen afwegen en in letterlijk en figuurlijk polderen. Die traditie werd veelvuldig aangehaald voordat Hugo de Jonge aantrad als minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. ‘We konden het, laten we het weer gaan doen’, was de tendens.
Wat we ook meer moeten eren en waar je minder over hoort, is het Nederlandse talent voor projectontwikkeling en gebiedsontwikkeling. Prachtige wijken hebben we gemaakt. We maakten bloemkoolwijken met oer-Hollandse woonerven voor spelende kinderen, Vinexwijken waar gezinnen floreren, en de laatste jaren zijn we erg goed geworden in hoogstedelijke inbreidlocaties, waar (jonge) stedelingen aan al hun trekken komen.