‘Echte gevecht om grond moet nog beginnen’


Vraag naar landbouwgrond voor andere doelen is groot. Nadenken hoe we de regie zelf in handen houden.

“Boeren kunnen hun trekkers alvast met de neus naar Den Haag zetten. Het geharrewar over stikstof-, fosfaat- en mestrechten is nog maar een voorspel. Het echte gevecht om de grond moet nog beginnen. Pas daarna zal blijken wie de baas is over de grond in Nederland.” Dat schrijven onderzoekers in De Volkskrant. Ze komen tot een interessante analyse. De enige grond in Nederland, die nog een andere bestemming kan krijgen, is het land van de boer. Dat is twee derde van Nederland. Nu heeft het nog een agrarische bestemming, maar dat kan met een simpele pennenstreek worden veranderd. Dus, maak je borst maar nat.

Landbouwgrond versus natuur

Want de aanslag op onze grond is groot. Natuur is een grote slokop, dat weten we. De Ecologische Hoofdstructuur is nog lang niet klaar. Maar met steeds minder boeren, die ook onderling nog verdeeld zijn, krijgen de natuurminnaars steeds meer kansen. Ze dringen overal binnen met goed doordachte argumenten. Zoals Natuurmonumenten, die bij Royal FrieslandCampina (RFC) aan tafel zit. Tegen de zin van de leden, maar met open armen binnengehaald door de leiders van RFC. Daar ontbreekt overduidelijk het boerengevoel.

Natuur, woningbouw en duurzame energie

En dan hebben we het ministerie van Landbouw. Minister Schouten wil 37.000 hectare bos aanplanten. Dit in verband met de uitwerking van het Klimaatakkoord.

Maar natuur is niet de enige. De woningbouw staat te springen om grond. De woningnood is hoog. De energietransitie vraagt ook veel grond. De komende tijd worden velden vol met zonneparken en windmolens geplaatst. Dat moet door de afspraken over duurzame energie.

Als de onderzoekers alle claims bij elkaar optellen komen ze, met een forse bandbreedte, uit op 30 tot 50% van de beschikbare ruimte. En die is nu in gebruik bij de boeren.

Landeigenaren staan niet sterk

Alarmerende cijfers. De plannen en bestemmingen voor woningbouw, klimaat en natuur liggen voor een groot deel vast. Daar kan niet aan geknabbeld worden. Boerengrond is het enige, waar een andere bestemming opgelegd kan worden, menen de onderzoekers. Bovendien wordt zo’n 70% van de productie van de Nederlandse landbouw geëxporteerd. Dat kan best wat minder, is het oordeel. Een andere bestemming van de grond ligt voor de hand. Landeigenaren staan niet sterk. In tegenstelling tot natuur, die met veler goedkeuring meer grond eist.

Jonge boeren

Daarom ook de conclusie dat het echte gevecht om de grond nog moet beginnen. Een ramp voor jonge boeren en opvolgers, die hun productiemiddel grond steeds schaarser en duurder zien worden. Een feest voor de boeren, die de komende jaren willen stoppen en hun grond duur kunnen verkopen. Slecht nieuws voor de werkers in de aan de boeren verwante bedrijven, zoals zuivel, veevoer, vlees en handel. Veel banen zullen verdwijnen.

Dan maar met de trekkers met de neus richting het Malieveld? Of nadenken over hoe we zelf nog een stukje van de regie in handen kunnen krijgen? Ik denk het laatste. Anders is, voordat we het weten, alles in Den Haag al geregeld. Dat moeten we niet willen.

Bron: https://www.boerderij.nl